Herfst kabouter voor Alice 🙂

 22,50

“Mijn knapzak zit vol met snoepjes en mijn lantaarntje schijnt vrolijk. Het was een goede avond en nu kunnen we lekker naar ons veilige thuis.

“Ook al ben ik niet groot.. ik durf wel!”

Dit schatje is op een nachtelijk avontuur gegaan en komt tevreden thuis.

De houten basis is 10 cm breed en 4 cm hoog. Toen de appelboomgaard werd gesnoeid in de herfst heb ik deze mooie houtjes kunnen vinden. De kabouter is helemaal met het handje door mij gemaakt. De kleding is gebreid, op maat. Dus geen patroontjes. De knopen komen uit een oud blik dat ik ooit op een brocante in Frankrijk heb gevonden.

Het is een lieverd en misschien heb jij wel het perfecte huisje voor hem.

 

Uitverkocht

 

Diep in het betoverde bos woonde een kleine kabouter genaamd Pimte. Pimte was anders dan de andere kabouters in het bos. Terwijl zij zich bezighielden met het verzorgen van de planten en het helpen van dieren, had Pimte een ondeugende kant. Hij was geobsedeerd door snoepjes, vooral de kleurrijke lolly's die de mensenkinderen meebrachten tijdens hun wandelingen door het bos.

Op een dag, toen de zon hoog aan de hemel stond en de vogels vrolijk zongen, besloot Pimte dat hij genoeg had van het kijken naar de mensenkinderen die met hun snoepjes voorbij liepen. Hij wilde ze hebben, allemaal voor zichzelf.

Met zijn kleine gestalte glipte Pimte ongezien tussen de bomen door naar de rand van het bos, waar hij de menselijke nederzettingen kon zien. Zorgvuldig verborg hij zich achter struiken en stenen, wachtend op het perfecte moment om toe te slaan.

Toen de schemering viel en de sterren aan de hemel verschenen, begonnen de mensenkinderen hun huizen te verlaten, gewapend met tassen vol lekkernijen. Pimte wreef in zijn handen van opwinding terwijl hij zijn kans afwachtte.

Met de behendigheid van een vos sloop hij dichterbij, zijn ogen glinsterend bij het zien van al dat heerlijke snoepgoed. Met een snelle beweging griste hij een kleurrijke lolly uit de tas van een nietsvermoedend kind en dook weg in de schaduwen voordat iemand hem kon betrappen.

Maar Pimte was niet tevreden met slechts één lolly. Hij sloop van huis naar huis, van tuin naar tuin, en verzamelde een enorme buit van zoetigheden. Zijn zakken puilden uit van de gestolen lekkernijen terwijl hij triomfantelijk terugkeerde naar zijn huis in het betoverde bos.

Maar net toen hij dacht dat hij veilig was, hoorde hij een zachte stem achter zich. "Wat ben jij aan het doen, kleine dief?"

Pimte draaide zich geschrokken om en keek recht in de ogen van een oude tovenaar, die met een wijze glimlach naar hem keek.

De tovenaar boog zich voorover en zei: "Snoep stelen mag dan wel verleidelijk zijn, maar echt geluk vindt je in het delen met anderen. Dat smaakt vele malen zoeter.”

Beschaamd liet Pimte zijn gestolen snoep vallen en keek toe terwijl de tovenaar de lekkernijen terug toverde naar de mensenkinderen die bijzonder blij waren dat het terug was. 

Vanaf die dag besloot Pimte zijn ondeugende gewoonten op te geven en zijn tijd te besteden aan het helpen van anderen in het betoverde bos. En hoewel hij af en toe nog steeds met weemoed verlangde naar een kleurrijke lolly, wist hij dat het echte geluk lag in het delen en zorgen voor anderen.